Het gebeurt niet vaak dat een landelijke krant over de hele voorpagina een kop en tekst opneemt over het auteursrecht. Het gebeurde in de NRC van 27 maart 2019 ( “Nieuwe regels digitaal tijdperk”). Wat is er dan aan de hand?

 

Het auteursrecht ging achter lopen

Er is een nieuwe Europese auteursrichtlijn in de maak. Met daarin aandacht voor de digitale werkelijkheid. Alle recht loopt altijd behoorlijk achter de werkelijkheid aan. Voor de oude auteursrecht garde was het internet “één grote illegale kopieermachine”. Tal van internet-praktijken moesten noodgedwongen worden benaderd met “antieke” auteursrecht-begrippen, uit het analoge ( “papieren”). Juristen kunnen natuurlijk toveren met woorden en criteria, maar soms (meestal) knelde het behoorlijk. Daar moest dus hoognodig iets aan gebeuren.

De nieuwe EU richtlijn “Auteursrecht in de Digitale Eengemaakte Markt” is op 26 maart 2019 aangenomen door het Europees Parlement. We spreken ook wel over de DSM-richtlijn (Digital Single Market).

Terzijde. Er zijn twee verschillende EU-instrumenten: de Richtlijn en de Verordening. We komen ze alle twee tegen in het intellectueel eigendomsrecht. Het zijn instrumenten die het gevolg zijn van (soms schier eindeloze) politieke en lobby-processen. Die gaan over het “meer” en het “minder” van IE-bescherming. Ik ga daar in andere blogs wat meer expliciet op in. Richtlijnen moeten worden omgezet in nationale wetgeving, in Nederland dus (o.a.) in de Auteurswet, die gaat worden aangepast. Verordeningen zijn een soort EU-wet en gelden rechtstreeks in alle EU lidstaten.

Verschillende meningen over deze EU-richtlijn

Ook over deze EU-richtlijn lopen de meningen uiteen. Van een “noodzakelijke bescherming van de kwaliteit en diversiteit van cultuur en media in Europa (de Europese Commissie) tot “e-censuur” (internetgebruikers). Je bent ofwel vóór, ofwel tegen.

De nieuwe Auteursrechtrichtlijn betekent een stap terug voor de digitale eengemaakte markt. Dit zeggen Nederland, Luxemburg, Polen, Italië en Finland in een gezamenlijke verklaring. Volgens de landen biedt de Richtlijn geen juist evenwicht tussen de belangen van de rechthebbenden en de belangen van burgers en bedrijven. Hierdoor zou de Richtlijn innovatie kunnen tegenhouden in plaats van aanwakkeren, wat een negatieve invloed kan hebben op de markt. “Behalve ‘gewone’ burgers laten ook steeds meer prominenten nadrukkelijk van zich horen over de uploadfilters. De speciale VN-rapporteur voor vrijheid van meningsuiting, David Kaye, waarschuwt voor de bedreiging voor onze vrijheid van meningsuiting online. 169 Europese academici die gespecialiseerd zijn in intellectueel eigendomsrecht noemen het voorstel misleidend. De bedenker van het wereldwijde web Sir Tim Berners-Lee waarschuwt samen met anderen voor de onmiddellijke dreiging voor het open internet“, aldus Bits of Freedom.

Hoofdonderhandelaar Axel Voss stelt juist dat de Richtlijn een belangrijke stap voorwaarts oplevert. Het aansprakelijk maken van grote bedrijven als YouTube, Facebook en Google betekent volgens hem dat de kans groter wordt dat de creatieve sector zijn inspanningen beloond zal zien worden. Volgens Voss bevat de Richtlijn genoeg bepalingen die garanderen dat op internet plaats blijft voor vrijheid van meningsuiting.

Lees de gezamenlijke verklaring hier.

Lees het persbericht van het Europees Parlement met de verklaring van Voss hier.

Een nieuw evenwicht vinden

Duidelijk is dat er een nieuw evenwicht gevonden zal moeten worden tussen het regelen van toestemmingen van auteursrechthebbenden en het toestaan van zgn. user generated content (USG) in de vorm van teksten, foto’s, films en muziek. We spreken al een tijdje van een “Participative Web 2.0” (OECD rapport in 2007), waarin passieve gebruikers veranderen in actieve bijdragers aan allerlei gebieden van maatschappelijke meningsvorming. For better for worse.

De Richtlijn voorziet niet in “meer” of een “ander” auteursrecht. Het gaat er veelmeer om dat het bestaand auteursrechtelijk beschermd materiaal niet zomaar op internet wordt gepubliceerd zonder de toestemming van de auteursrechthebbende. De grote publicatieplatformen, zoals Facebook, Pinterest en Twitter worden daarvoor aansprakelijk. Dat uitgangspunt staat in artikel 17 van de Richtlijn (voorheen artikel 13). Omdat het praktisch gezien onmogelijk is om met iedere rechtenhouder in de wereld, dus ook particuliere fotografen, schrijvers, muzikanten, illustratoren, etc., afspraken te maken over voorwaarden voor publicatie zullen uploads vooraf worden getoetst. Dat kan niet handmatig, dus zal het vermoedelijk met uploadfilters worden gedaan. Daar is veel over te doen.

Gaan de filters leiden tot censuur?

“Deze filters zijn echter niet in staat context te herkennen. Ze zien van een bewerkte videoclip bijvoorbeeld niet of het een politiek betekenisvolle persiflage is – een van de vormen die in veel landen zijn uitgezonderd van auteursrecht. Om geen risico te lopen gaan de tech-giganten veel meer tegenhouden dan strikt noodzakelijk. Zo wordt de vrijheid van expressie onnodig ingeperkt. … Er wordt door de Europese Commissie inmiddels gesproken over nieuwe filters om andere soorten ‘ongewenste’ informatie tegen te houden, zoals mogelijk terroristische content en vermeend nepnieuws. De normalisering van politiek gemotiveerde internetcensuur ligt op de loer. Het is makkelijk om de invloed van de Europese Unie op onze persoonlijke levens en vrijheid te onderschatten” aldus directeur van Bits of Freedom Hans de Zwart.

Tot zover dit belangrijke punt in de Richtlijn, dat gaat over de afweging van de belangen van rechthebbenden tegenover de belangen van (rechtmatige) gebruikers. Er staat nog een aantal andere zaken in de Richtlijn, zoals regels voor een zgn. hyperlink-taks en regels voor geschillenbeslechting. Op deze en andere ga ik in een volgende blog in.

Voor vragen kun je contact opnemen met Rudi Holzhauer,