Intellectuele eigendom heeft een behoorlijke aandacht van de Nederlandse overheid. Met regelmaat wordt er – onder auspiciën van het ministerie van Economische Zaken (tegenwoordig EZK) – beleidsevaluaties uitgevoerd. Ook andere (semi)overheidsorganisaties doen empirisch onderzoek naar de effecten van het IE systeem.
Als één van de vervolgstappen thematiseert het ministerie op 1 juli dit jaar de “Optimalisering kennisverspreiding en voorlichting rondom Intellectueel Eigendom” in een Kamerbrief. Daarover ging mijn vorige blog (Kennisdisseminatie (1). In deze blog ga ik kort in op de rol van onderliggend empirisch onderzoek waarop het ministerie zich mede baseert, waarvan zij het belang keer op keer benadrukt, en waaraan zij meer wil gaan doen de komende tijd. Mijn suggestie is dat het hierbij wel eens om False Friends zou kunnen gaan. False Science.
Uitgangspunten en analyses in veel empirisch onderzoek naar de effecten van IE-rechten … drijfzand
Een recente studie van het Bureau voor intellectuele eigendom van de Europese Unie (EUIPO) en het Europees Octrooibureau (EPO) over het verband tussen eigendom van intellectuele eigendomsrechten en economische prestaties binnen individuele bedrijven in heel Europa concludeert dat er een positieve associatie bestaat tussen IER-eigendom en economische prestaties, waarbij de inkomsten per werknemer gemiddeld 55% hoger zijn voor IER-eigenaren dan voor niet-eigenaren. In België, een sterke innovator volgens het jaarlijkse European Innovation Scoreboard van de Europese Commissie, hebben kleine en middelgrote ondernemingen een van de hoogste percentages patentbezit in Europa. Elders ben ik wat uitvoeriger – en kritisch – ingegaan op dit onderzoek vanuit een economisch/econometrisch perspectief. Ik licht daar de volgende passages uit.
Het onderzoek stipt zelf aan dat correlatie nog geen causaliteit inhoud in het volgende stukje:
While causality cannot be proven in the strict sense of the word, given the available data, econometric analysis allows researchers to control for several additional factors that affect economic performance and to “isolate” the relationship between IPR ownership and firm performance. The results of the analysis strongly suggest that there is a systematic, positive relationship between ownership of IPRs and economic performance at individual firm level.
Maar dat veegt wel een belangrijk probleem onder het tapijt. Het is niet zo dat “causality cannot be proven in the strict sense of the word”, het kan helemaal niet worden bewezen. Er is veel tongue in cheek research waarbij perfecte correlatie bestaan zonder enige causaliteit. Beroemde gevallen zijn woordenschat (soms leessnelheid) van kleuters en schoenmaat. Perfecte correlatie. De intermedierende factor (leeftijd) ligt voor de hand. Vervolgens wordt dat wel onderkent maar meteen weer verder onder het tapijt geschoven:
Er worden op enig moment twee (unsupported) opties aangestipt alsof die voor de hand liggen, maar de econometrie zegt daar nu juist niets over.
Due to data and methodological limitations, caution is needed in interpreting such findings. The findings indeed bear out strong correlations between IPR and economic performance but do not allow for confirmation of causal links. Causality can potentially work in two different directions: the ownership of IPRs could lead to better financial performance, or it could be the case that firms own more IPRs because they are performing better.
De zin die daarop volgt is correct,:
Also there could be other variables confounding the relationship between IPR usage and economic performance.
En daarmee is 70 pagina’s cijferbrei samengevat. Feer Verkade schreef overigens in 1997 al het volgende (hoort u het ook eens van een ander):
Vanuit de intellectueel-eigendomsrechtelijke lobbies worden van tijd tot tijd pogingen gedaan om de betekenis van deze rechten voor de economie aan de hand van zogenaamd empirisch onderzoek aan te tonen. Voorbeelden hiervan leveren onderzoeken over ‘van auteursrecht afhankelijke activiteiten’, die willen aantonen dat hiermee, alleen al in Nederland, miljarden zijn gemoeid, met een stijgend aandeel in het Bruto Nationaal Product.
Voor dit soort onderzoek geef ik, als daarmee het belang van intellectuele eigendomsrechten moet worden aangetoond, geen dubbeltje. Zij laten immers volstrekt buiten beschouwing hoe deze economische sector zich zónder wettelijke rechten zou hebben ontwikkeld. (Feer Verkade, Intellectuele eigendom: wetenschaps-stimulator? Mededelingen van de Afdeling Letterkunde, Nieuwe Reeks, Deel 60 no. 6. Deze Mededeling werd in verkorte vorm uitgesproken in de vergadering van de Afdeling Letterkunde, gehouden op 14 april 1997)
Conclusie
Gegeven de huidige economische werkelijkheid is er veel voor te zeggen om een zo optimaal mogelijk gebruik te maken van IE. Ik ben zelf mijn hele leven betrokken geweest bij kennisdisseminatie aan studenten en aan “de praktijk”. En ik doe dat nog steeds. Ook bij TLG.
Tegelijk heb ik als wetenschapper ook steeds gekeken naar de ruimere welvaartsaspecten van al die IE-rechten. En van daaruit kun je vraagtekens zetten bij veel IE-posities. Het valt mij op dat het ministerie van EZK meer nuances lijkt aan te brengen in discussies over het klimaat dan in discussies over intellectuele eigendom. En het valt me op hoezeer veel empirisch onderzoek naar de vermeende positieve effecten van IE getuigt van “dubbele petten”, gebaseerd is op drijfzand en eenzijdig het belang van en voor rechthebbenden thematiseert.
Hier leest u iets meer over de beperkingen van dat kwantitatieve economische onderzoek, en veel vooroordelen die daarin zitten. Economie als wetenschap staat behoorlijk onder druk. Het is zeker niet de beste raadgever ter onderbouwing van intellectuele eigendomsrechten. (Ook) De Nederlandse overheid doet er goed aan alles wat evaluatie van IE-rechten betreft nog eens te herijken. Nog eens nadenken, zeg ik dat steeds weer. Als wetenschapper. Want die insteek blijft.
Hoe het wel moet? Daarover hebben Tieleman en Sam de Muijnck, oud-voorzitter van RE:NL, een handboek voor docenten geschreven dat eind oktober uitkomt. Ze bevelen daarin aan dat studenten een breder palet aan onderzoeksmethoden leren, en kennismaken met fundamenteel verschillende economische theorieën. Ze zouden niet alleen abstracte analyses moeten leren maken, maar hun kennis ook leren toepassen op de reële economie; op fenomenen als techbedrijvenpark Brainport Eindhoven, op de zorg en op het belastingstelsel.
Rethinking Economics NL bracht hierover in 2018 het rapport Thinking like an Economist? uit. Deze club, RE:NL, is de Nederlandse tak van een internationaal gezelschap economen, docenten en studenten economie die het onderwijs in hun vak willen vernieuwen, met meer oog voor maatschappij en milieu. Liefst 86 procent van de bachelorvakken in de economische theorie, zo inventariseerde RE:NL, was gewijd aan onderwijs in de neoklassieke economie. Naar gedragseconomie ging 4 procent van de aandacht uit, naar andere stromingen nog veel minder. In de methodevakken ging zelfs 98 procent van de onderwijstijd naar kwantitatieve onderzoeksmethoden als statistiek. Kwalitatief onderzoek, zoals interviews, kwam nauwelijks aan bod. Voor het economieonderwijs in zijn algemeenheid gold vooral dat het sterk theoretisch was, oordeelde RE:NL. Bij driekwart van de vakken ging het enkel om concepten of modellen en ontbrak aandacht voor de ‘echte’ economie. (NRC 5 september 2021)
Bij zo’n kwalitatieve onderzoeksmethode past bijvoorbeeld de vraag aan innovatie-managers: “Waarom vragen jullie (zoveel) octrooien aan?” En dan komt als antwoord: “Om de prestaties van onze R&D afdeling te meten.” Dat stelt de traditionele rationales voor zoiets als het octrooirecht (“Het Bevorderen van Innovatie”) al snel in een heel ander daglicht. Traditionele economische analyses zijn een slechte raadgever bij het beoordelen van de werking, de effectiviteit en de efficiency van IE-rechten in de praktijk. Zou onze wereld er nu echt anders uit zien zonder auteursrecht en zonder octrooirecht? Een moot question.
Neem voor meer informatie gerust contact met mij op. Rudi Holzhauer (Rudi@thelegalgroup.nl)